We were drunk

We were drunk

Everybody was drunk. The whole battery was drunk going along the road in the dark. We were going to the Champagne.

The lieutenant kept riding his horse out into the fields and saying to him, ‘I’m drunk, I tell you, mon vieux. Oh, I am so soused.’ We went along the road all night in the dark and the adjutant kept riding up alongside my kitchen and saying, ‘You must put it out. It is dangerous. It will be observed.’ We were fifty kilometers from the front but the adjutant worried about the fire in my kitchen. It was funny going along that road. That was when I was a kitchen corporal.

Vignet I uit het boek In Onze Tijd (In Our Time, 1924) van Ernest Hemingway, in een vertaling van Clara Eggink, 1968. 

Iedereen was dronken. De hele veldbatterij trok dronken langs de weg in het donker. We gingen naar Champagne. De luitenant stuurde zijn paard telkens de velden in en zei tegen het dier; ‘Ik ben dronken, dat zeg ik je, mon vieux. Ik ben zat’. We trokken de hele nacht lang in het donker langs de weg en de adjudant kwam telkens langs mijn keukenwagen en zei; ‘Uitdoen. Het is gevaarlijk. Ze zullen het zien’. We waren vijftig kilometer van het front verwijderd, maar die adjudant bleef zich maar druk maken over dat keukenvuur van me. Het was gek daar langs die weg te trekken. Ik was toen korporaal bij de keukendienst.