Een Ansichtkaart Van Ome Huib

Een Ansichtkaart Van Ome Huib

De volgende dreigende sneeuw-wolken ontvouwden zich in de vroege ochtend. Gordijnen van voortjagende sneeuw en bevroren windsels dreven achter de met ijsboeketten versierde ramen. Het leek wel of de sneeuw uit de grond kwam slierten en uit de armen en lichamen van de bomen zwom en dreef.
 
Bij de woningen klauwden de sneeuwvlokken zich omhoog langs de muren en groeiden op de daken als struiken van rendiermos. Hoogspanningsdraden slingerden heen en weer in de ijzel en grauwden en hapten in de sneeuwvlokken, die als witte verscheurde kerstkaarten uit de lucht vielen en dorpen bedolven als in een glazen sneeuwstolp. De stormachtige wind blies driftsneeuw tot duinen.

Bomen en takken knapten af als aanmaakhout voor de kolenkachel. In de verte klepten de noodklokken hun tijding over het bevroren schuim van de poeder- en roomijsheuvels en de knisperende zee van ijs. De postbode slipte weg bij de voordeur en maakte met zijn adem geesten en glibberden over een ijsbaan van glas door de stad.

Mijn moeder ging naar de gang en gaf mij even later een ansichtkaart. Het was een kaart met de hartelijke groeten van ome Huib, die met de boot was aangekomen in New Orleans (Amerika). 

Mijn mooiste kaart toen ik een jaar of acht was, veel liever en zó groot.