Tagliatelle

Tagliatelle

Francesca zou koken voor de andere twee stagiaires, waarmee zij samenwoonde in een flatje in het centrum van de stad. Oele Wapper hun stagebegeleider op de fabriek waar ze gloeilampen maakten had zij ook uitgenodigd.

Nadat ze hadden genoten van het feestmaal - romige tagliatelle met kip, paprika en champignons - gingen de anderen die avond nog stappen. Hun stagebegeleider en Francesca, die veel jonger was, konden horen hoe ze beneden weg gingen. Francesca en Oele zaten naast elkaar op haar bed in de hete avond. Al die maanden dat ze samen waren hadden ze het goed. Toen de stageperiode afgelopen was wilde zij werken in Nederland, maar ze kon niet aan een baan komen. Hij woonde ver weg en daar kon ze niet wonen, want dat was maar een klein huisje in Stronthokkerveen. Uiteindelijk ging ze terug naar Italië, waar haar ouders woonden en waar zij geboren was. Toen hij haar weg bracht met de auto naar Schiphol kregen ze een woordenwisseling waarom ze niet bij hem in kon wonen en het eindigde ruzieachtig. Toen ze afscheid namen kusten ze elkaar, maar de onenigheid was niet voorbij. Het voelde ellendig om zo afscheid te nemen.

Francesca ging terug naar Italië. Hier ontmoette ze haar nieuwe vriend. Tenslotte berichtte ze dat ze nog altijd van hem hield, maar ze realiseerde zich dat het toch allemaal maar kinderspel was geweest. Het speet haar heel erg en ze wist ook dat hij het waarschijnlijk niet zou begrijpen. Later zou hij het haar wel vergeven en haar dankbaar zijn en zij verwachtte, totaal onverwachts, in het voorjaar te trouwen. Kort daarop liep Oele een druiper op tijdens zijn vakantie in Thailand.

Terug in Nederland ging Oele naar zijn favoriete restaurant waar ze een excellente espresso serveerden en waar hij een paar keer uitzonderlijk lekker had gegeten. Hij liep naar het restaurant waar het nu stil was. Er hing een kartonnen bordje achter het raam van de toegangsdeur, en daar stond op in een kinderlijk handschrift; GESLOTEN. Hij bukte zich en deed de brievenbus open. In de verte zag hij een schim en hij riep: ‘Hallo. Hallo, is daar iemand?!’ Hij kreeg geen antwoord, draaide zich om en liep weg. Op de eerste verdieping van het restaurant meanderde een gordijn, maar hij schonk er geen aandacht meer aan. Op het laatst was hij alleen nog een stip aan de horizon.