
Ik zag de schrijver A.L. Snijders in de boekwinkel. Hij stond met zijn rug naar me toe en in eerste instantie herkende ik hem niet.
Later op de dag kreeg ik te horen dat hij overleden was en ’s avonds was er een film wat zich afspeelde in zijn boerderij in Klein Dochteren in 2012. Het was winter en hij was lekker houtjes aan het hakken en sprokkelen in het aanpalend bos. Ik heb de hele avond over hem gedroomd. Een allervriendelijkste man die al voort keuerend in zijn leven verhaaltjes schreef met prachtzinnen, onambitieus en wars van gezeur.
Vandaag las ik in de krant een zin uit het boek ‘Het geheugenmonster’ van Yishai Sarid en daar stond dit zinnetje in:
Op een dag ziet hij hoe een vrouw tijdens een rondleiding door Auschwitz op haar telefoontje kijkt en opeens hard uitroept: Er is hier een IKEA in de buurt. Kort daarop vraagt de leider van de toeristengroep of de rondleiding kan worden afgebroken, het is iedereen te veel geworden. ‘Maar het beste moet nog komen,’ zegt de gids.
De eerste zin is al een verhaal en daarna komt de roman er nog achteraan. Het mooie commentaar van Arnon Grunberg was: Zelf heb ik er veel voor over om nooit naar de IKEA te hoeven, maar ik ben één keer in Auschwitz geweest en ik kan begrijpen dat je daar halverwege de rondleiding denkt: lieve God mag ik alstublieft naar de IKEA.
Zelf zou ik nooit naar Auschwitz toe gaan omdat ik zoveel ellende niet aan kan. Ik ging vaak naar de herdenking van de Februaristaking in Amsterdam en nadat ik een tijdje in de rij had gestaan sloeg ik groen uit, en pas op weg met de trein naar Wormerveer kwam ik weer een beetje bij. De ellende had me te zeer aangegrepen en nu ben ik bang dat het me nogmaals zal overvallen. Ik heb een pracht leven. Ik sta op wanneer ik dat wil en tegenwoordig kom ik vrij weinig vervelende mensen tegen. Ik doe er ook alles aan om ze ontwijken.
A.L. Snijders draaide zich om en las me voor uit een boek van Zhuangzi: ‘Het geluid van water zegt wat ik denk.’
- Login om te reageren
- 3 weergaves