
De echte doorbraak van de zuivelcampagnes vond plaats in 1957 met de haast fascistische prenten van flinke kinderen die glazen melk in hun handen hielden en de onvermijdelijke schoolmelk.
Ik was lid van de M-brigade, omdat ik drie of meer glazen melk per dag dronk, maar veel meer was er ook niet dan water of limonade. De frisdranken met bubbels en heel veel suiker kwamen pas later en fruit was smerig. Ik had een melkpaspoort en kreeg korting bij het zwembad, weet ik nog.
De hele bedoeling was om van die enorme melkplas af te komen. De Melkbrigade werd in 1961 opgevolgd door Joris Driepinter, en daarna Melk is goed voor elk, Melk Moet en Melk de Witte Motor.
Dankzij die campagnes kregen hele generaties Nederlanders met de paplepel ingegoten dat melk goed is voor de jeugd, en voor je botten. ‘Nog zo gezegd geen bommetje.’ Melk is inderdaad rijk aan calcium, en calcium is nodig voor de botopbouw. Door het gegroeide aanbod van alternatieven is de consumptie van melk de laatste jaren gedaald, maar de zuivelconsumptie in Nederland is nog altijd gemiddeld zo’n twee porties per persoon per dag.
De laatste jaren klinken er steeds meer negatieve geluiden over de witte wonderdrank. Het verzadigde vet uit melk zou leiden tot hart- en vaatziekten. De eiwitten in melk zouden de opname van calcium juist remmen. Het melkeiwit caseïne zou kankerverwekkend zijn, net als de hormonen die erin zitten en die boeren aan de koeien zouden toedienen om de productie te verhogen.
Melk is niet heel erg slecht en ook niet de sleutel tot het eeuwige leven. Het welbekende van stal gehaalde adagium ‘melk is voor kalfjes, niet voor mensen’, maar je denkt toch niet dat spruitjes groeien om ons te voeden? Of dat graan bestaat opdat wij brood zullen eten en koeien leven om vermalen te worden tot rundergehakt?
- Login om te reageren