
De zeewind greep Keith’s speeksel en voerde het in een grillig traject rood en glimmend in de felle middagzon door de loze ruimte. Keith vloekte en goot een slok energiedrank naar binnen en spuwde nogmaals.
De zon scheen hardnekkig, maar hij voelde het nauwelijks. Keith staarde voor zich uit naar de volgende zinloze dag die in het verschiet lag.
‘M’neer heeft u misschien een sigaret voor mij? sprak hij iemand aan.
‘Nee flikker op, ik rook niet en het zou beter zijn als jij dat ook niet deed’ en de voorbijganger beende verder.
Keith gooide zijn blikje weg en las de brief nog eens. Hij werd gekort op zijn uitkering en verfrommelde het papier tot een prop en stopte het in zijn broekzak.
‘Er is veel onrecht in de wereld’ vertelde Keith aan iedereen die het wilde horen. Hij spuwde nogmaals hard en krachtig voor zich uit.
En zo had Keith altijd wel wat te zeiken.
- Login om te reageren
- 1 weergave