
Toen Bert binnen kwam op het personeelsfeestje zei een oud-collega, die ook uitgenodigd was ‘Hé, lul’. De toon was gezet. Het werd laat en ondanks de nare opmerking was het reuze gezellig.
Bert zei later die avond tegen hem ‘Ik ging een keer naar het carnaval en spontaan werd ik besprongen door een heks, die met mij wilde dansen. We zwierden over de dansvloer en opeens daagde het me dat ze niet verkleed was. Op het moment dat ik een pirouette inzette verloor ik de kracht in mijn handen. Zij werd door het café geslingerd en kwam verkreukeld in een hoek terecht.’
Zijn ex-collega zei ‘En toen zag je pas dat het je eigen vrouw was?’ Bert zei ‘Héé, vleespet. Je moet eens goed naar mij luisteren. Jij hebt mij niets te vertellen over mijn vrouw of kinderen, want zij zijn de liefste en de mooiste die ik ken. Over mij mag je alles zeggen en het liefst in mijn smoel. Maar staat mij dat niet aan dan sla ik je op je bek. Ik sla je zo hard, dat als je voor een halfjaarlijkse controle bij de tandarts komt, hij in je kont moet kijken waar je voortanden zijn gebleven.’ Hij begreep het en zei ‘Je bent er toe in staat.’.
Iemand sloeg Bert tijdens het feest twee maal keihard op zijn rug. Iedere keer waarschuwde Bert hem, maar hij wilde niet luisteren. Na de derde keer gaf hij hem een frontaaltje in zijn ballen. Een week geleden was het slachtoffer gesteriliseerd. Hij viel huilend van de pijn op zijn knieën en zei ’O, Bert, ik vind het gemeen.’
Inmiddels werd ieders aandacht getrokken door de chef, die zich ondertussen verkleed had en met een rood helmpje en een blauwe cape al gitaar spelend door de tuin rende. Iemand riep nog ‘Kijk uit,’ maar niets mocht meer baten. Hij was de weg kwijt door alle genuttigde alcoholische versnaperingen en ramde met zijn gitaar tegen de vuurkorf aan, hierdoor laaide de vlammen hemelhoog op. Een stuk hout explodeerde in zijn rug. Alreeds stond zijn zeer brandbare cape in vuur en vlam.
En zo werd het toch nog een vrolijke avond.
- Login om te reageren